Om het gebied definitief uit handen van projectontwikkelaars te houden en zo te voorkomen dat er grootschalige bouwplannen, lawaaiige sportbestemmingen en wegenaanleg plaatsvinden is gekozen voor een duurzame landgoedontwikkeling. Dat was ook de beoogde invulling van de Structuurvisie van de gemeenten Mook en Middelaar en Heumen voor het Lierdal, meer in het bijzonder de ‘Kuil’, Nieuwe landgoederen vallen onder het Rood voor Groen regime. Dat wil zeggen dat er natuur moet worden ontwikkeld die vrij toegankelijk is. Het waardeverlies van de grond mag dan worden gecompenseerd met het realiseren van een woongebouw. Het Limburgs Kwaliteitsmenu die namens de provincie Limburg de gemeente adviseert, schrijft verder voor dat op een nieuw landgoed een samenhangend gebouw met allure moet komen dat kwaliteit toevoegt aan het landschap als geheel. Wij hebben gekozen voor een prachtig architectonisch ontworpen gebouw dat gezien mag worden.
Voor de nabije omgeving ontstaan er nieuwe en uitgebreidere mogelijkheden om van de natuur en open landschap te genieten. Waar nu geen toegang is tot het overgrote deel van het terrein, komt een wandelpad van de ene naar de andere kant van het gebied. Er is een plukgaard aangelegd, er ontstaan nieuwe biotopen zoals een grote poel, heide-ontwikkeling op de hellingen, een vleermuizenkelder en een broedwal voor oeverzwaluwen. Met heggen en hagen als verbindende lijnvormige elementen en losse boomgroepen wordt de landschappelijke kwaliteit sterk verbeterd. Er zullen excursies georganiseerd worden om kennis over wat er zoal groeit en bloeit te delen met de omwonenden of met kinderen van de omliggende basisscholen. Daarmee wordt het Lierdal een betere plek om te wonen en te leven.
De rood voor groen regeling kent een rekenmodule die bepaalt hoeveel rood er ontwikkeld mag worden. Dat komt in ons geval neer op acht wooneenheden, gerealiseerd als een totaal complex. Het aantal van acht huishoudens draagt bij aan het (blijvend) kunnen invullen van onze kernwaarden: Zorg voor het milieu, de natuur en voor elkaar. De wettelijke norm van het aantal wooneenheden zegt niet zoveel over de omvang van het woonensemble en is vooral afhankelijk van de grootte van de wooneenheden.
Natuur ontwikkelen en beheren gaat niet vanzelf. Daar is een lange termijnvisie voor nodig gebaseerd op kennis van de landschapsecologische potenties van het gebied. Met zijn steile hellingen, natte en droge plekken, grasland en bos en diverse bodemtypen zijn er genoeg kansen voor het creëren van aparte biotopen voor bijzondere planten en dieren. De lange termijn visie is neergelegd in een natuur - en landschapsplan waarin met detail is omschreven hoe over twintig jaar het gebied eruit moet zien. Op basis daarvan wordt een beheerplan opgesteld over alles wat er in de loop van de tijd moet gebeuren en op grond hiervan wordt ieder jaar een werkplan gemaakt. Het werkplan omvat onder andere de aanleg van een grote plas gevoed met grondwater, de aanleg van heide met jeneverbessen en gaspeldoorn op de skihellingen, diverse typen nat en droog grasland in het beweide gebied, heggen en hagen en de omvorming van het bestaande hellingbos naar eiken - en berkenbos. Het leefgebied voor de das wordt beter en in het hele gebied wordt openheid, stilte, rust en donkerte nagestreefd. Uiteindelijk komt er een gevarieerd landschap met de karakteristieke eigenschappen van de natuur van de stuwwal rond Nijmegen.
Hoe voorkom je dat ook op de lange termijn het gebied niet alsnog wordt aangetast? Het landschapsplan waarop de hele natuurontwikkeling is gebaseerd, is ondergebracht in de Natuurschoonwet. Op basis daarvan krijgen we van de overheid bepaalde faciliteiten, maar daarmee ook om de zes jaar controle van diezelfde overheid of de beoogde doelen ook echt worden gerealiseerd. Daarnaast is er de planologische bescherming als natuurgebied in de gemeentelijke verordening met alle regels die de gemeente daarbij oplegt en ook controleert. Kortom, op diverse niveaus staat de toekomstige ontwikkeling van het landgoed onder toezicht en kan er geen wijziging tot stand komen in de bestemming, zonder instemming van de landelijke en lokale autoriteiten. Ook als er wisseling is van bewoners, zullen nieuwe bewoners zich aansluiten bij het reglement van de Vereniging van Eigenaren waarin onze visie op het landgoed is neergelegd.